De Koning is de spil in het midden van de molen. Onderin zit de taats en bovenin de pen. De pen wordt in de penbalk vast gezet en de taats staat op een stoel. Origineel staat de taats in een taatspot. Ik heb hier een conisch lager gebruikt. Aan de koningsspil zitten de rondsels. Wanneer de wieken draaien, drijft het bovenwiel de rondsels boven en onder aan. Het rondsel onder drijft het onderwiel en het scheprad aan. Het scheprad moet dan het water van voor de molen naar achteren wegvoeren.